zondag 20 april 2008

Dakar in beeld




Dakar

Na Bissau vertrokken we naar Dakar, bekend van de (afgelaste) rally. Maar in plaats van direct naar Dakar te gaan kregen we instructie ver van Dakar af voor anker te gaan. Niemand mocht weten dat we in de buurt waren, ook onze agent niet. De reden: het bedrijf had zoveel schulden uit staan dat ze geen gas kregen tot ze met geld over de brug zouden komen.

De temperatuur in de machinekamer zakte langzaam naar een dragelijk niveau en rustig werkten we door. Onderhoud aan de hoofdmotor plegen was niet mogelijk: ieder moment kon er een telex uit Zwitserland komen dat het geld binnen was en dan moesten we zo snel mogelijk naar binnen. Het overige onderhoud raakte langzaam op. 's Avonds werd er op het achterdek gevist. Hoe frustrerend was het voor velen dat de leerling matroos vissen achter elkaar aan de haak sloeg terwijl verder vrijwel niemand een vis naar boven haalde.

Zes dagen lagen we zo voor anker voor we groen licht kregen. Als we voor de grap eens zouden zeggen dat het inhuren van dit schip per dag 16.000 dollar zou kosten dan zou je kunnen uitrekenen dat de gasrekening bijna 100.000 dollar hoger uit gaat vallen. Hoe komt het toch dat die Afrikaanse landen zo arm blijven? Zonde, zonde, zonde.

Maarja, toen moesten we opeens naar binnen. Iedereen wordt weer wakker, het schip komt weer tot leven en zo stoomden we op naar Dakar. Al snel kwam er een bootje langszij met de agent, gasmeester, loadingmaster, duiker en nog twee man waarvan het mij niet duidelijk werd wat ze nou kwamen doen. En wat een gedoe met die gasten! Ze eisten de kapitein te spreken maar die stond natuurlijk op de brug, was druk en stuurde ze weg. Het kostte me veel moeite om iedereen in de messroom te krijgen en ook daarna was het alleen maar gezeur. Iedereen moest cola hebben en daarna toch maar Fanta en geduldig wachten konden ze niet.

Het laatste wat je wilt is dat die gasten door het schip gaan dwalen want dan zou het wel eens kunnen dat je opeens allemaal dingen niet meer kan vinden. Om duidelijk te maken waar men niet mocht komen waren overal rood-witte linten gehangen. Toen ik even naar de wc was geweest waren er opeens twee man verdwenen. Geen probleem volgens de agent maar ik vertrouwde het voor geen donder. Toen ik iemand anders had geregeld om in de messroom te babyzitten kon ik opzoek naar de andere mannen. En wat een verassing: die vond ik op plekken waar ze helemaal niet mochten komen. Na een langdurige uitleg over de betekenis van rood-witte lintjes en bordjes waar RESTRICTED AREA opstaat stuurde ik ze terug naar de messroom.

Het liep inmiddels tegen etenstijd en de mannen begonnen te klagen over de armoede thuis en de "honger" die ze hadden. Nou wil ik niet lullig doen over mensen die te weinig eten hebben maar deze mannen zo dik dat al op afstand kon worden vastgesteld dat hier sprake was van overgewicht. En als er zo weinig geld was, waarom hadden deze mensen dan allemaal een (of twee) telefoons die veel beter en nieuwer waren dan die van mij?

De haven was wel wat armoedig: die ontbrak. In plaats daarvan lagen er vier boeien in het water waar onze trossen om werden gelegd. Samen met twee ankers uit lagen we zo aardig op onze plek. De duiker kon nu naar beneden en dook de slang op waar we het gas in moesten lossen. De kapitein loste me inmiddels af in de messroom en begon aan het papierwerk. Hij riep om eten maar had al met de steward afgesproken dat die alleen brood op tafel zou zetten. De rest van de bemanning at beneden bij de keuken gewoon warm.

Tegen de avond bleek dat er drie man van de wal aanboord zouden blijven en die wilden natuurlijk ook een bed. Voor de loadingmaster was er een hut in de buurt van cargo-controlroom. Voor de rest was er beneden, naast mijn hut nog een twee persoonshut (met stapelbed). De stuurman liet ze de hut zien maar de duiker was boos: deze hut was niet goed genoeg, hij wilde geen hut delen. Ik wilde net m'n hut ingaan dus haalde die van het slot. De duiker zag dat en riep dat hij die hut (van mij!) wel zou nemen, duwde me aan de kant en wilde m'n hut in gaan. WTF! Dat was de bedoeling niet! Ik duwde terug en deed m'n hut weer op slot tot duidelijk was dat hij mijn hut niet zou krijgen.

Toch fijn dat m'n hut ook van binnen op slot kan, dat slaapt toch lekkerder ;-)

De vogels aanboord



Johnny de Duif


We hebben sinds drie weken een nieuw bemanningslid: Johnny de Duif. We hadden al eerder vogels die op bezoek kwamen maar Johnny is een blijvertje.
Toen we langs Spanje kwam hij (of zij?) aanboord en sindsdien zit Johnny aan bakboord op de brugvleugel. Eerst dachten we nog dat 'ie vanzelf wel weer zou vertrekken zodra er land in zicht kwam maar in Bissau en Dakar bleef hij braaf aanboord.
Johnny krijgt dagelijks twee sneetjes oud brood en een omgekeerde doos met uitgesneden deurtje is zijn huis. Johnny houdt van mensen, waarschijnlijk omdat die hem eten geven ;-) Overdag zit hij op de brugvleugel bij de open deur, als we 's avonds vissen op het achterdek komt ie daar zitten.

Het plan is om Johnny op te leiden tot postduif al is het de vraag hoe hij ons terug moet vinden als wij naar een andere haven gaan.

Toen we bij Dakar voor anker lagen kwamen er ook drie arenden aanboord. De kapitein natuurlijk bezorgd om Johnny, die zelf ook al begreep dat vrolijk rond het schip vliegen wel eens slecht af zou kunnen lopen voor hem. "Als ze maar geen nest gaan bouwen!" gromde de kapitein. Zie de foto voor het resultaat van het knutselwerk van Joris.

EDIT: toen we gingen bunkeren in Las Palmas vloog Johnny nog een rondje om het schip waarna hij in de verte verdween. Toen we weer vertrokken kwam hij niet terug aanboord.

Black Out

Op weg naar Dakar kregen we te horen dat we een mooi ankerplekje op moesten zoeken. Vandaag is het zondag en nu we zo voor anker liggen is het helemaal lekker rustig aanboord.

Voor de lunch was ik op het lifeboat dek in de zon gaan liggen, dat Nederlandse wit moet duidelijk bijgekleurd worden. Met een muziekje op droomde ik steeds verder weg en even werd het heel stil om me heen, toen begonnen alle alarmen te loeien: we hadden weer een black-out.
Om geen verstekelingen te krijgen moest alles dicht en op slot gedaan worden toen we naar Afrika vertrokken. Beetje jammer dat de matrozen dat een beetje te letterlijk genomen hadden en ook de luchtinlaten van de noodgenerator hadden dichtgezet. De noodgenerator kwam wel automatisch bij maar kon al snel niet genoeg lucht aanzuigen. Omdat ik vlakbij lag te zonnen kon ik gelukkig snel de luiken opengooien zodat de motor niet afsloeg.

In de controlekamer bleek dat iedereen overal in de buurt was geweest: de Meester zat in de controlekamer aan het Oil Reccord Book te werken en de tweede en derde waren net buiten de machinekamer aan het vissen toen de we de blackout kregen. Binnen vijf minuten draaide alles weer zoals het hoorde en kon iedereen weer verder met zondag vieren.

De wal op in Bissau (de mensen)





De wal op in Bissau (de stad)





De wal op in Bissau (´s avonds)

Ik kwam om 23:00 uur onder de douche vandaan en was eigenlijk hard op weg naar m'n kooi toen er op m'n deur geklopt werd. Joris ging samen met de eerste stuurman de wal op en vroeg of ik mee ging. Vijf minuten later stond ik weer strak in de deo buiten. Toen we van het schip wegliepen verdwenen we in totale duisternis. Geen kwestie van je ogen laten wennen, we zagen gewoon niet meer waar we liepen. Lang leve het zaklampje van Joris! Bij de poort van de haven werden we tegen gehouden door de douane, hij ging namelijk net slapen en wilde 's nachts z'n bed eigenlijk niet uit om de poort voor ons open te doen. Door een mooie fooi te beloven mochten we toch naar buiten.

Opnieuw liepen we het lange stuk naar de stad, pas in de stad vonden we een taxi. Nadat we hadden uitgelegd dat we een bar zochten met bier, muziek en vrouwen begon de chauffeur te rijden. De eerste bars wezen we af bij gebrek aan mensen en muziek maar na twintig minuten rijden vonden we een mooie bar met live muziek en veel mensen op het terras. De chauffeur was tevreden met twee euro.

Het bleek een bar te zijn waar veel buitenlanders kwamen en al snel werden we aangesproken door Will, een Australiër die we consequent Skippy noemden. Hij was hier al twee maanden en ontpopte zich als echte party source. Welke clubs waren goed, welke niet, waar was het veilig, waar niet en per club volgde een uitleg in welke hoeken de dealers en maffia stonden. Goede informatie natuurlijk en daar hield het niet mee op. Ook alle meisjes kende hij bij naam, specialiteit en prijs.

Na een paar uur lieten we de bar voor wat 'ie was, Skippy was eerder al met een meisje verdwenen. We namen een taxi naar de club Plac maar werden keihard geweigerd aan de deur! De stuurman had een mouwloos shirt aan en voldeed dus niet aan de dresscode. Ook zwaaien met extra geld wilde niet helpen dus doken we weer een taxi in op weg naar plan B: de Bamboe. Bamboe was een club met harde muziek en veel mensen in een kelder zonder airco. Mijn blend-in-with-the-locals theorie wilde de hele dag al niet echt vlotten en ook hier ging die vlieger niet op: we waren met z'n drieën heel erg wit. Dus wat doe je dan? Bier halen en keihard de dansvloer op: laat zien dat je er bent! :-D Versieren was niet nodig, vrouwen zat en allemaal nieuwsgierig. Meestal was dat allemaal wel leuk en aardig maar bij twee Big Mamma's vond ik het soms wat spannend als die me dansvloer over trokken.

Toen de dansvloer echt leeg begon te worden namen we een taxi terug naar de haven. Bij gebrek aan licht was het moeilijk te zien of de chauffeur goed reed maar ik had het idee dat er iets niet goed was. Toen hij opeens afsloeg wist ik het: hij reed nu de sloppenwijk in die we eerder die dag hadden gezien. We riepen dat hij moest stoppen maar dat deed hij pas een paar honderd meter verder. We wilden betalen en verder zelf lopen maar hij wilde ons per se naar het schip brengen, hij wist een andere route. We vertrouwden het voor geen meter dus stapten uit en meteen kwam er iemand op de auto af. Gelukkig niet op ons maar op de chauffeur en ze kregen meteen schreeuwende ruzie. Pogingen om te sussen hielpen niet en al snel kwamen meer en meer mensen uit hun bed.

Terwijl we wat afstand namen en alvast geld bij elkaar zochten voor de taxi liep de menigte op tot zo'n twintig man, die het allemaal niet met elkaar eens waren. Geen idee waar de ruzie over ging! De stuurman stortte zich de menigte in en drukte de chauffeur de het geld in z'n hand waarna we snel wegliepen. De mensen die achter ons aan kwamen kregen een sigaret als ze ons met rust zouden laten en zo lieten we de chaos achter ons.

Toen we bij de goede poort aankwamen maakten we de bewaker wakker, gaven hem een paar euro en zo kwamen we terwijl het langzaam licht werd om 05:30 weer terug aanboord.

De wal op in Bissau (de ploeg)





De wal op in Bissau (overdag)

Na het eten gingen we met een ploeg de wal op, lopend, want Andy legde uit dat je prima mee kon liften met vrachtwagens die richting de stad reden. Armoede heeft altijd meerdere gradaties en terwijl we richting de stad liepen zagen we maar weer een keer dat armoede hier toch echt iets anders is dan in Europa. Tegenover een modern voetbalstadion lag een sloppenwijk zoals je die kent van tv. De geur/ stank is iets wat je 'mist' op tv. Dat, en het feit dat je er nu vijf meter langs loopt maakt het een stuk indrukwekkender.

De weg naar de stad was lang en hoe hard Andy ook zwaaide naar de vrachtwagens, ze reden ons allemaal voorbij. In het midden van de weg lag wel wat asfalt maar dat zat zo vol met gaten dat iedereen liever op volle snelheid door de berm stuiterde. Rechts houden en uitwijken voor tegenliggers deed men niet. De vrachtwagens stopten overigens wel voor andere mensen.

Eenmaal in de stad kwamen we langs een souvenirwinkel waar ze van dat houtsnijwerk verkopen. Al je onderhandelingsgevoel kan hier overboord. De openingsprijs ligt vaak op 50 euro, kom je ergens op de helft, zo rond 25 euro uit dan zou je kunnen denken dat je een mooie deal hebt maar pas rond de 5 euro kan je tevreden zijn. Maar hoe kan ik 5 euro bieden voor iets waar duidelijk meer dan twee dagen werk in zit? Ik kan het niet, dan liever tien euro 'teveel' betalen en die vent ook blij maken. Wel handig: vrijwel overal kan met euro's worden betaald, al ligt de wisselkoers steeds net even anders.

Daarna zou de gids ons met het busje de bezienswaardigheden in de stad laten zien maar Bissau heeft die kennelijk niet zo. We werden door de stad gereden, steeds met een pitstop voor de gids: hij moest even naar de dokter, even naar de apotheek, even naar huis toe, enz enz. Daarnaast zagen we het vliegveld, de Franse en Duitse ambassade en een Frans museum. Niet echt de grote markten die we ons hadden voorgesteld.

Aan het eind van de middag stopten we bij een bar waar alle zeelieden naar toegingen om een meisje te vinden. Dat niemand interesse had interesseerde de dames niet. Met veel geschreeuw en gekakel kwamen er drie bij ons aan tafel zitten. Een van de matrozen stelde ons aan de dames voor en maakte daar een mooi verhaal van: hij was tweede stuurman, Joris de eerste stuurman, ik was de meester en Taslim, de schoonmaker in de machinekamer was opeens de kapitein. De vrouwen vonden het allemaal prachtig.

Toen het donker werd kropen we weer met z'n allen in het busje en werden we teruggebracht naar het schip.

Bissau vanaf het schip




Aankomst in Bissau

Voor we in Bissau aankwamen moesten er wat maatregelen worden genomen. Door de Amerikaanse kustwacht wordt Guinee-Bissau, samen met Iran en de Democratische *kuch* Republiek Kongo genoemd als landen waar geen of onvoldoende maatregelen worden genomen tegen "terroristische activiteiten". Het ISPS security level aanboord is verhoogd naar level 2. Alles, maar dan ook alles moet op slot. De fitter is twee dagen bezig geweest met het ophangen van padlocks in plaatsen als de keuken, machinekamer en wasruimte. Eenmaal in de haven mogen er geen mensen van de wal op het schip zonder escorte enz enz.

Toen we Guinee-Bissau aanliepen en het loodsstation opriepen kregen we te horen dat we maar gewoon de rivier op moesten varen zonder loods. We hadden toch echt een loods besteld en niemand was ooit eerder in Bissau geweest dus niemand wist wat we moesten verwachten. Maar de loods kwam niet, na flink aandringen werd duidelijk waarom niet: ze hadden geen bootje om de loods naar ons toe te brengen :-

Terwijl het donker werd gingen we dan toch maar voorzichtig de rivier op. Twee uur later werden we opgeroepen door de loods, ze hadden toch een bootje gevonden. Hij kon ons zien en wilde aanboord gekomen maar kon niet naar ons toekomen. Ze hadden dan wel een bootje gevonden maar waren vergeten diesel mee te nemen en dreven nu dus rond op de rivier.

Toen ze langsdreven konden we ze een tros aangooien om aan het loodsbootje vast te maken. De loods klom aan boord en twee anderen bleven in het bootje zitten. We gingen verder naar Bissau met het loodsbootje op sleeptouw.

Eenmaal bij Bissau vond de kapitein het te riskant om 's nachts voor de kant te gaan. Sleepboten hebben ze er niet en aan verlichting doen ze ook niet dus gooiden we het anker er in en wachtten we tot het ochtend werd. Beetje jammer was dat de loods niet van boord wilde gaan. Pas toen de bestuurders van de loodsboot 100 liter diesel mee mochten nemen wilde hij vertrekken.

Ook de volgende dag was niet gratis. Toen we voor de kant lagen kwamen er 12 man aanboord die behalve de papieren ook onze cola en onze sigaretten kwamen "controleren". 's Middags kwam ook het leger nog langs voor 100 liter diesel...

Mooie dag

Vandaag was een mooie dag. De temperatuur in de machinekamer loopt steeds verder op nu we Afrika naderen (nu boven de 40 graden) maar vandaag had de fitter mijn hulp nodig bij het vervangen van een brandblusleiding aan dek. Daar is het ook al erg warm maar de zon en een lekker windje maken het een stuk aangenamer dan alleen de hitte in de machinekamer. Lekker muziekje op, oorkappen er overheen en dan met de haakse slijper die pijp doorslijpen.

Toen we de nieuwe pijp hadden uitgelijnd sloeg de fitter aan het lassen. Ik stond even aan de reling, lekker over de zee uitkijken, toen ik twee dolfijnen naast het schip zag mee zwemmen. Een moeder (denk ik) en een jong, drie meter naast het schip. Even later kwamen er nog vier dolfijnen onder het schip vandaan. Ze zwommen mee, sprongen af en toe uit het water, gingen weg en kwamen weer terug... echt mooi :-)

De afgelopen dagen is het ook in de hutten al flink warmer geworden. Overdag stonden alle deuren overal open om alles door te laten waaien, 's avonds koelde het mooi af en dan kon je onder een laken prima slapen. Vandaag is dan eindelijk de airco bijgezet, de koude kachel. Samen met de Meester nog eens naar de luchtverversing in mijn hut gekeken en zowaar: in plaats van airco met astma blaast er nu een mooie straal koude lucht m'n hut in. En dat heb ik geweten: ik had het KOUD vannacht! Met een slaapdronken kop was ik dan ook weer te lui om m'n dekbed weer te pakken dus kwam ik ijskoud uit m'n bed. Gelukkig was het warm in de machinekamer ;-)

Ping-pong in beeld





Pong in het echt

Richting het zuiden varen betekend mooi weer. Omdat je natuurlijk geen BBQ mag houden op een gastanker en toch wat nodig hebt om de tijd door te komen hebben de andere leerling en de stuurman vandaag de zelfgemaakte pingpongtafel weer uit de berging gehaald, geschuurd en in zes lagen verf gezet. Rond de tafel hebben we ook een mooi net gespannen zodat niet alle ballen (direct) overboord gaan. Na een zaterdag zagen, timmeren en verven hebben we nu dus een (tafel)tennisveld op een toplocatie.

Toen zondag de verf droog was werd het dringen rond de tafel en op de reserve banken. Om wachttijden te beperken werd er alleen dubbel gespeeld. Een van de matrozen kon niet zo goed spelen, zei hij, maar hij wilde wel spelen om een doos bier. Mooi niet dus, die vent was natuurlijk ontzettend goed :-)
Toen het donker werd hingen we extra lampen op zodat het goed licht bleef. Aan het eind van de avond waren we een zooi lege bierflesjes en een stuk of twintig pingpongballetjes kwijt.

Foto´s uit Immingham




Op naar Afrika

De laatste weken voor ons vertrek waren vrij hectisch. Het is misschien wat lullig om het eten van een Afrikaans dorp op te kopen om onze stores weer aan te vullen dus hebben we weer stores gekregen. Opnieuw verse spullen als groente en fruit maar ook heel veel diepvries spullen zodat we er weer een tijdje tegenaan kunnen. Toen we de laatste keer in Stade waren stonden er 23 pallets voor ons klaar. Gevolg: van 12:00 tot 19:00 uur waren we heen en weer aan het slepen met die spullen. Zelfs m'n ouders en broer Gijs, die op bezoek waren, hebben nog even meegeholpen :-)

Daarna vertrokken we naar Immingham (UK) om butaan te laden. De Kapitein en Meester werden nog snel afgelost zodat ze niet vanuit Afrika naar huis zouden moeten vliegen en toen vertrokken we richting Afrika. Bissau om precies te zijn, dat ligt in Guinee-Bissau. Daar zullen we een beetje butaan lossen en daarna gaan we naar Dakar om de rest te lossen en weer te bunkeren.

Ondertussen ben ik bezig met de Airco in mijn hut: daar komt bijna geen lucht uit en dat is toch wel jammer als we straks in de zon zitten. Ik heb alle handleidingen al doorgelezen, veel mogelijk oplossingen gevonden, maar de juiste zat er steeds niet tussen. Als het allemaal niet lukt moet ik ergens een ventilator zien te kopen. Daar zet ik dan een jerrycan water uit de vriezer voor (-20 graden). Heb ik lekker m'n eigen airco.

zaterdag 19 april 2008

Afrika

Het gerucht over Afrika is bevestigd en erger nog: we gaan in time-charter. Niet een reisje naar Afrika en dan weer snel terug naar Europa, maar zes maanden in dienst van een Afrikaans bedrijf varen. Geen idee waar die ons naartoe sturen maar we zullen daar dus wel in de buurt blijven.

Meteen komen de verhalen. Van havens midden in de bush die zo klein zijn dat er geen sleepboten zijn, van havens waar het strand aansluit op de woestijn en verhalen over water. En die laatste verhalen zijn minder. We maken ons eigen water aanboord. Door zeewater te verhitten in een vacuumverdamper verdampt een deel van het zeewater. Dat condensaat wordt opgevangen en dat is dus puur water, zoet water. Dat wordt nog behandeld met een sterke UV lamp zodat alle bacterien die er nog in zouden zitten doodgaan. Dan gaat het water in de drinkwatertank.

Maar die watermaker heeft een beperkte cappaciteit, die van ons al helemaal. Het is een oud beestje die maar iets van acht ton water per dag kan maken, en dat is ook ongeveer wat we verbruiken. Daarbij kan ie alleen gebruikt worden als het schip vaart omdat de restwarmte van de hoofdmotor wordt gebruikt voor het verhitten van het water.

Als we dus voor anker moeten daar worden eerst de toiletten afgesloten. Doorspoelen moet dan dus met een emmer zeewater. Ook de douches moeten er op een gegeven moment aan geloven, dan krijg je 1 keer per dag een emmer om je mee te wassen.

Het water is wel behandeld met die UV lamp maar omdat het nog een tijdje in de drinkwatertank zit (die al 25 jaar oud is) is het niet optimaal om te drinken. Smaakt beetje raar, niet helemaal schoon en er zitten geen zouten en mineralen in. Als je zweet raak je al zouten kwijt en als je dan dat zuivere water drinkt raak je daar nog meer mineralen mee kwijt (osmose).

Normaal gesproken drinkt iedereen aanboord dus mineraalwater uit flessen. Je kan niet voor zes maanden mineraalwater mee nemen als je vertrekt uit Europa en in het verleden is gebleken dat flessen minraalwater die in Afrika aangekocht werden niet te vertrouwen waren.

Daarbij zal het in de machinekamer makkelijk 50 graden worden als we varen en krijg je in iedere haven alle inspectiediensten aanboord die altijd wel een overtreding verzinnen die je af moet kopen met sterke drank of sigaretten. Van het schip af gaan is vaak niet mogelijk of onveilig en al het volk wat er op en rond het schip rondloopt heeft intresse in handel, legaal of illegaal.
Tijdens m'n vorige stage kon ik nog een kleine krokodil ruilen voor een doos cola maar dat was alleen een speciale aanbieding. Alles werd continu aan je opgedrongen of van je afgetroggeld. De HWTK had toen binnen drie minuten bijn mijn helm, overal en schoenen verkocht.

Ach, het wordt vast heel leuk, maar ik heb er niet echt zin an.

Winkracht 8 en 9

Sinds we een paar dagen terug vertrokken uit Stade hebben we weer slecht weer. Winkracht 8 en 9, zelfs een nacht met winkracht 11. Gelukkig komt dat allemaal bijna recht van voren, waardoor de boot niet heel erg gaat slingeren maar wel af en toe hard stampt of paaltjes pikt. Normaal gesproken zijn ze hier blij als we 13,5 knopen varen (25 km per uur) nu hadden we dagen waar we maar 5 knoop gemiddeld liepen (9,2 km per uur).

We zouden oorspronkelijk op donderdag aankomen in Sines, dat wordt nu zaterdag middag.

Ondertussen krijgen we hier natuurlijk weinig nieuws. Als iemand dus een half woord hoord van kantoor is dat meteen het nieuws van de dag. Zo gaat nu het gerucht dat we misschien volgende reis voor 1 keertje naar Afrika gaan. Er staat nog niets vast maar iemand van kantoor had zoiets laten vallen.

Wat wel vast staat is dat ik in Afrika niet de wal op ga en de deur van m'n hut dag en nacht op slot hou. Ze zoeken het maar uit met z'n allen. Als de wereld vergaat hoor ik het wel een weekje later, als we weer in Europa zijn ;-)

Oefening

Vandaag ging na de koffie opeens het alarm om het schip te verlaten. Iedereen dus met volle bepakking naar de brug (reddingsvest, life-suit, helm en EEBD). Dikke lol: het was een oefening. Nadat iedereen was overhoord over wat hun taken waren gingen we verder met een brand oefening.

Het verhaal: de bootsman was in de messroom in slaap gevallen met een sigaret in z'n handen. Hij lag daar nog binnen en er was veel rook maar geen vuur. Normaal gesproken hoor ik te wachten op orders maar de ademlucht-sets en een brancard werden gehaald door anderen. Om het leuk te houden werden een leerling van dek en ik aangewezen als reddingsteams. Daar sta je dan :-)

Ademlucht

Redden

Orde van de dag